Dec 08,2025
Praktische gids voor optimaal Airbrush Druk (PSI)
● Kernprincipe: let op de consistentie van de verf, onthoud niet alleen cijfers.
Er is geen universele airbrushdrukinstelling; het moet dynamisch worden aangepast op basis van de viscositeit van de verf, de spuitmondgrootte en het doeloppervlak. Onthoud:
"Druk is bedoeld om gewenste resultaten te bereiken, niet een vast ritueel."
● Referentiedrukbereiken voor verschillende scenario's
| Taaktype | Aanbevolen PSI | Waarom & Hoe |
|---|---|---|
| Miniatuur schilderij | 12-18 PSI | Lage druk voorkomt dat fijne details worden weggeblazen; betere controle voor subtiele mengsels |
| Basiscoating voor groot oppervlak | 20-25 PSI | Hogere druk dekt sneller – houd het mondstuk > 15 cm verwijderd om ophoping te voorkomen |
| Fijne lijnen/gradiënten | 8-12 PSI | Ultra-lage druk verdunde verf voor randen/overgangen |
| Metallic verf/primer | 25-30 PSI | Zorgt ervoor dat metaalvlokken zich gelijkmatig verspreiden – voorkomt klonteren |
● Problemen oplossen bij signalen van onjuiste druk
1. Hogedruksymptomen (>25 PSI veelvoorkomende problemen):
Verf wordt door de luchtstroom ‘weggeblazen’, waardoor ruwe, paardenbloemachtige randen ontstaan.
Overal spetteren spuitdotjes, verf sijpelt onder de randen van schilderstape door.
Detailtexturen worden overweldigd door de verfstroom.
2. Symptomen van lage druk (veel voorkomende problemen <10 PSI):
Verf wordt met tussenpozen uitgeworpen, waardoor kikkervisjesvormige vlekken ontstaan.
Het mondstuk droogt vaak uit en verstopt zich, waardoor constante reiniging vereist is.
Het coatingoppervlak is ruw en zanderig.
● Vier elementen voor dynamische aanpassing
1. Verfconsistentie:
Dik als yoghurt → 5 PSI (onverdunde acrylverf vereist bijvoorbeeld 25 PSI)
Dun als melk → -5 PSI (bijvoorbeeld voorgemengde verf op waterbasis, 15 PSI is voldoende)
2. Mondstukmaat:
0,2 mm ultrafijn mondstuk → Ondergrens druk 3 PSI (om verstopping te voorkomen)
Mondstuk met grote diameter van 0,5 mm → Bovengrens druk -5 PSI (om spatten te voorkomen)
3. Spuitafstand:
Close-up spuiten (2-3 cm) → Verlaag 5 PSI
Spuiten over lange afstanden (20 cm) → Verhoog 5 PSI
4. Omgevingsvochtigheid:
Vochtig weer (>70%) → 3-5 PSI om de vochtbestendigheid tegen te gaan
● Driestapsmethode voor drukaanpassing
1. Begininstelling:
Beginners moeten beginnen met 15 PSI.
Proefspray op karton: Kijk of de verneveling een uniforme waaiervorm vormt.
2. Realtime fijnafstemming:
Als de randen wazig zijn bij het spuiten van rechte lijnen → Verlaag de druk.
Pigment hoopt zich op zonder zich te verspreiden → Verhoog de druk.
3. Eindinspectie:
Raak de coating voorzichtig aan als deze halfdroog is:
Korrelige textuur → Onvoldoende druk / Pigment is te dik
Verzakking van het oppervlak → Druk is te hoog / Spuiten te dichtbij